Le premier paradoxe est là : la législation nationale établit que, sans document, passeport ou visa, il n'est pas possible de quitter le pays d'origine mais, d'un autre côté, le fait de posséder visa et passeport est une des conditions de refus d'accès à la procédure : comment rendre crédible une crainte de persécution alors que furent sollicitées auprès des autorités les documents nécessaires au départ.
Daar schuilt de eerste paradox : de nationale wetgeving bepaalt dat het zonder document, paspoort of visum, niet mogelijk is het land van herkomst te verlaten maar anderzijds is het bezit van een visum of een paspoort een van de voorwaarden om de toegang tot de procedure te weigeren : hoe kan men de vrees voor vervolging geloofwaardig doen overkomen wanneer men de noodzakelijke documenten om te vertrekken aangevraagd heeft bij de overheid ?