Art. 56. Dans le cas où une zone
de police décide de nommer moins d'aspirants-inspecteurs de police que les besoins transmis au ministre de l'Intérieur conformément à l'article IV. I. 3, alinéa 2, de l'arrêté royal du 30 mars 2001 portant la position juridique du personnel des services de police (PJPol), un montant égal aux frais de formation, de rémunération et d'équipement d'un aspirant-inspecteur de police multiplié par la différence entre le nombre dem
andé et le nombre d'aspirants-inspecteurs de police nommés, est retenu sur le (
...[+++]les) premier(s) douzièmes(s) suivant(s) de la subvention fédérale visé(s) à l'article 41, alinéa 2, de la loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, structuré à deux niveaux, qui revient à la zone de police concernée.Art. 56. In geval een politiezone beslist om minder aspiranten-inspec
teur van politie te benoemen dan de aan de minister van Binnenlandse Zaken overeenkomstig artikel IV. I. 3, tweede lid, van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (RPPol) doorgegeven behoeften, wordt een bedrag gelijk aan de opleidings-, verlonings- en uitrustingskost van een aspirant-inspecteur van politie vermenigvuldigd met het verschil tussen het aantal gevraagde en het aantal benoemde aspiranten-inspecteur van politie afgehouden van het (de) eerstvolgende twaalfde(n) van de federale toela
...[+++]ge, bedoeld in artikel 41, tweede lid, van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus die toekomt aan de betrokken politiezone.