Ce traité consacre la primauté du droit de l'État d'accueil, prévoit des poursuites transfrontalières, l'observation transfrontalière, des patrouilles mixtes et des contrôles dans la région frontalière, des moyens matériels, des interventions de police transfrontalières et l'usage de moyens de transport et de passage.
De oorsprong ervan is terug te vinden in 1996. Dat verdrag bevestigt de voorrang van het recht van de ontvangende staat, voorziet in grensoverschrijdende vervolgingen, grensoverschrijdende observatie, gemengde patrouilles en controles in de grensstreek, uitwisseling van materiaal, grensoverschrijdend politieoptreden, gemeenschappelijk gebruik van vervoersmiddelen en de mogelijkheid van grensoverschrijding.