9. formule le souhait que le futur Service européen pour l'action extérieure joue un rôle clé dans le domaine de l'action extérieure, en assistant le ministre des affaires étrangères de l'Union/vice-président de la Commission; en tout état de cause, rappelle la nécessité de préserver
les compétences du Parlement et la responsabilité du nouveau service dans son ensemble devant le Parlement, en particulier en ce qui concerne l'intégration d'éléments de la Commission à ce nouveau Service (DG Relex, délégations CE, etc.); demande que so
...[+++]it ouverte la perspective d'une nouvelle évolution dans les éléments intergouvernementaux (fournis en particulier par les États membres), de manière que le futur Service puisse suivre un modèle communautaire intégré en tant que partie de la Commission tout en restant totalement loyal envers le Conseil dans les questions intergouvernementales; 9. spreekt de wens uit dat de nieuw in te stellen Europese dienst voor extern optreden als assisterende instantie voor de EU-minister van Buitenlandse Zaken/vice-voorzitter van de Commissie een essentiële rol te vervullen krijgt op het gebied van extern beleid; wijst hoe dan ook eens te meer op de noodzaak de b
evoegdheden van het Parlement te handhaven en de hand te houden aan de algehele verantwoordingsplicht van deze nieuwe dienst jegens het Parlement, vooral met betrekking tot de integratie van de onderdelen van de Commissie die in de nieuwe dienst opgaan (DG RELEX, EG-delegaties, enz.); verzoekt om een perspectief voor de verdere o
...[+++]ntwikkelingen in de intergouvernementele elementen (die met name door de lidstaten dient gegeven te worden), zodat de nieuw op te richten dienst zich als onderdeel van de Commissie kan richten op een geïntegreerd communautair model, zonder daarbij met betrekking tot intergouvernementele vraagstukken op enigerlei wijze afbreuk te doen aan zijn loyaliteit jegens de Raad;