Le moyen unique dans l'affaire n° 3808 est pris de la violation des articles 10 et 11, combinés avec les articles 151, § 4, et 153 de la Constitution, en ce que la troisième voie d'accès à la magistrature est réservée à des personnes ayant exercé la profession d'avocat et n'est donc pas ouverte à celles qui ont
exercé, pendant le même nombre d'années que celui qui est exigé par les dispositions attaquées, d'autres professions qui leur ont permis d'acquérir une expérience pertinente, telles que les profes
sions de juriste de parquet ou de référendaire ...[+++]près d'un tribunal de première instance ou d'une cour d'appel.
Het enige middel in de zaak nr. 3808 is afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11, in samenhang gelezen met de artikelen 151, § 4, en 153, van de Grondwet, doordat de derde toegangsweg tot de magistratuur wordt voorbehouden aan personen die het beroep van advocaat hebben uitgeoefend en dus niet wordt opengesteld voor diegenen die, gedurende hetzelfde aantal jaren als het aantal vereist in de aangevochten bepalingen, andere beroepen hebben uitgeoefend dankzij welke zij relevante ervaring hebben verworven, zoals de beroepen van parketjurist of referendaris bij een rechtbank van eerste aanleg of een hof van beroep.