Si la condition de participation minimale poursuivait des objectifs budgétaires de limitation du régime des R.D.T., dans le cadre d'une réforme plus globale de l'impôt des sociétés, elle s'inscrivait donc essentiellement dans le cadre de la transposition de la directive 90/435/CEE du Conseil du 23 juillet 1990 concernant le régime fiscal commun applicable aux sociétés mères et filiales d'Etats membres différents.
Hoewel de voorwaarde van een minimale deelneming budgettaire doelstellingen nastreefde teneinde het D.B.I. -stelsel te beperken, in het kader van een meer algemene hervorming van de vennootschapsbelasting, paste zij dus voornamelijk in het kader van de omzetting van richtlijn 90/435/EEG van de Raad van 23 juli 1990 betreffende de gemeenschappelijke fiscale regeling voor moedermaatschappijen en dochterondernemingen uit verschillende Lid-Staten.