Pour les indemnités complé
mentaires octroyées dans le secteur non marchand visé à l'article 1, 1° et 2°, de l'arrêté royal du 18 juillet 2002 portant des mesures visant à promouvoir l'emploi dans le secteur non marchand ou dans des ateliers sociaux visés au décret de la Communauté flamande
du 14 juillet 1998 relatif aux ateliers
sociaux et lorsque cette indemnité est accordée pour la première fois ...[+++] à partir du 1 janvier 2017 par suite d'un préavis ou d'une rupture du contrat de travail notifié après le 31 octobre 2016 ou à l'occasion de toute autre résiliation du contrat de travail après cette date, le pourcentage de la cotisation patronale spéciale, par dérogation aux §§ 4 et 4/1 et à l'article 124ter, s'élève à :
Voor de aanvullende vergoedingen toegekend in de non-profitsector bedoeld in artikel 1, 1° en 2° van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profitsector of in de sociale werkplaatsen bedoeld in het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 14 juli 1998 inzake sociale werkplaatsen en wanneer deze
vergoeding voor de eerste keer wordt toegekend vanaf 1 januari 2017 als gevolg van een opzegging of een verbreking van de arbeidsovereenkomst betekend na 31 oktober 2016 of naar aanleiding van elke andere beëindiging van de arbeidsovereenkomst na deze datum, bedraagt
...[+++], in afwijking van de §§ 4 en 4/1 en van artikel 124ter, het percentage van de bijzondere werkgeversbijdrage :