Art. 2. Si le redevable susvisé a, en dehors de son domicile dans l'un des deux pays contractants, une résidence ou un établissement fixe dans l'autre pays, l'impôt sera acquitté dans celui dont l'intéressé possède la nationalité (belge ou luxembourgeoise) au moment de l'imposition et le paiement ainsi effectué emportera, comme à l'article 1 , l'exemption dans l'autre pays.
Art. 2. Indien bovenbedoelde belastingschuldige, behalve zijn woonplaats in één van beide contracterende landen, in het ander land een verblijfplaats of een vaste nederzetting heeft, zal de belasting in dat land betaald worden waarvan de belanghebbende op het ogenblik van de aanslag de (Belgische of Luxemburgse) nationaiteit bezit en de aldus gedane betaling zal, zoals voorzien bij artikel 1, de vrijstelling in het ander land ten gevolge hebben.