15. estime qu'il existe un lien entre la forme spécifique de coopération entre l'Agence et les États membres, grâce à laquelle ceux-ci sont censés fournir à l'Agence l'équipement nécessaire à ses opérations, et les déficiences relevées par la Cour des comptes en matière de planification budgétaire, notamment l'estimation des coûts, et d'exécution budgétaire, notamment les reports et le problème des signatures a posteriori;
15. is van oordeel dat er een verband bestaat tussen de specifieke vorm van de samenwerking tussen het Agentschap en de lidstaten, waarbij de lidstaten worden verondersteld uitrusting ter beschikking te stellen voor de operaties van het Agentschap, en de tekortkomingen waar de Rekenkamer op heeft gewezen op het vlak van begrotingsplanning, met name kostenramingen, en begrotingsuitvoering, met name overdrachten en het probleem van handtekeningen achteraf;