Art. 69. § 1. Le président du conseil de l'aide sociale et le vice-président,
le membre du bureau permanent ou d'un comité spécial, qui ne peut exercer de manière autonome son mandat en raison d'un handicap, peut se faire assister, pour l'exercice de ce mandat, par une personne de confiance, choisie parmi les personnes âgées de dix-huit ans accomplis et résidant légalement dans un Etat membre de l'Union européenne, à condition qu'elle satisfasse aux conditions d'éligibilité et ne se trouve pas dans une des situations telles que visées à l'article 20, à l'exception de l'interdi
ction concernant la ...[+++]parenté par rapport au membre avec un handicap et d'une situation telle que visée à l'article 24 .Art. 69. § 1. De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de ondervoorzitter, het lid van het vast bureau of een bijzonder comité, dat wegens een handicap niet zelfstandig zijn mandaat kan vervullen, kan zich voor de uitoefening van dat mandaat laten bijstaan door een vertrouwenspers
oon, gekozen uit de personen die de volle leeftijd van achttien jaar he
bben bereikt en die legaal binnen de Europese Unie verblijven, op voorwaarde dat hij aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden voldoet en zich niet bevindt in een situatie als
...[+++]vermeld in artikel 20, met uitzondering van het verbod in verband met bloed- en aanverwantschap ten aanzien van het lid met een handicap en een situatie als vermeld in artikel 24.