13. insiste sur la nécessité vitale de développer le
s échanges Sud-Sud, ceux-ci ne représentant que 6 % des échanges commerciaux, et donc d'agir pour étendre l'accord d'Agadir; rappelle l'intérêt de ces pays à intensifier leurs relations et leurs échanges afin de constituer un pôle économique uni, fort et attractif pour les investisseurs, à même de défendre les intérêts de la région et de valoriser son développement; souligne que l'UpM doit permettre de répondre plus facilement aux demandes d'assistance technique et financière afin de promouvoir l'intégration économique Sud-Sud; considère que l'extension et la simplification du cumul
...[+++]d'origine pan-euro-méditerranéen pourrait aider à y parvenir; 13. dringt sterk aan op het ontwikkelen van de zuid-zuidhandel, die slechts 6% van de handelsbetrekkingen uitmaakt, en daarmee op het uitbreiden van de Overeenkomst van Agadir, vestigt de aandacht op het feit dat het in
het belang van deze landen is om hun betrekkingen en hun handel te intensiveren zodat ze een verenigd en sterk economisch gebied vormen dat aantrekkelijk is voor investeerders en dat de belangen van de regio kan verdedigen en de ontwikkeling ervan stimuleren; benadrukt dat de Unie voor het Middellandse-Zeegebied het gemakkelijker moet maken om te reageren op verzoeken om technische en financiële bijstand met het oog op d
...[+++]e bevordering van de economische zuid-zuidintegratie; is van mening dat uitbreiding en vereenvoudiging van de pan-Euromediterrane oorsprongscumulatie zou kunnen bijdragen tot verwezenlijking hiervan;