« En pratique, la procédure de régularisation pour le type I (c. à d. pour les revenus qui ne proviennent pas d'opérations de blanchiment ou d'un délit sous-jacent visé à l'article 5, § 3, de la loi du 11 janvier 1993) reste inchangée à l'exception du fait que le contribuable doit désormais joindre une explication succincte sur le schéma de fraude et l'ampleur et l'origine des capitaux régularisés et des revenus, la période pendant laquelle les capitaux et les revenus sont apparus et les comptes financiers utilisés pour les montants régularisés.
« In de praktijk blijft de regularisatieprocedure voor type I (d.w.z. voor de inkomsten die niet voortkomen uit een witwasmisdrijf of een onderliggend misdrijf bedoeld in artikel 5, § 3, van de wet van 11 januari 1993) ongewijzigd met uitzondering van het feit dat de belastingplichtige voortaan een bondige verklaring omtrent het fraudeschema, de omvang en oorsprong van de geregulariseerde kapitalen en inkomsten, de periode waarin de kapitalen en inkomsten zijn ontstaan en de voor de geregulariseerde bedragen gebruikte financiële rekeningen, moet toevoegen.