Par ailleurs, dans le cas des herbivores, sauf pendant la période où annuellement les animaux sont en transhumance, au moins 50 % des aliments doivent provenir de l'unité de production elle-même ou, si cela n'est pas possible, être produits en coopération avec d'autres exploitations pratiquant l'agriculture biologique".
Bovendien moet het voeder voor herbivoren, behalve tijdens de jaarlijkse transhumanceperiode van de dieren, voor ten minste 50 % van de eenheid zelf afkomstig zijn of, als dit niet mogelijk is, in samenwerking met andere biologische landbouwondernemingen worden geproduceerd".