L'intervenant aborde ensuite le problème des 36,6 milliards de francs d'investissements dans l'infrastructure mixte, qui ne font pas partie du projet T.G.V. mais constituent néanmoins des investissements qui profiteront au réseau T.G.V. D'où la question de savoir s'il s'agit d'investissements dans le réseau intérieur qui profitent presque fortuitement au réseau T.G.V. ou d'investissements en faveur du réseau T.G.V. qui profitent presque fortuitement au réseau intérieur.
Vervolgens snijdt het lid het probleem aan van de 36,6 miljard frank investeringen in gemengde infrastructuur die buiten het HST-project vallen, doch niettemin investeringen uitmaken die het HST-net ten goede komen. Vandaar de vraag of het investeringen in het binnenlandse net betreft welke quasi toevallig ten goede van het HST-net komen of investeringen ten behoeve van het HST-net die quasi toevallig het binnenlandse net ten goede komen.