Art. 18. A l'article 9, 19°, b), de l'arrêté du Gouvernement flamand 15 mai 2009 portant exécution du décret du 10 juillet 2008 relatif à l'hébergement touristique, la phrase " Sur 50 % au maximum de la superficie restant
e, inoccupée par la projection verticale de toutes les constructions au-dessus de la surface du sol, des revêtements, même dans des matériaux non durables
tels le gravier, le gravillon ou un matériau semblable sont autorisés" . » est remplacée par la phrase " Sur au moins 25 % de la superficie totale des lieux, des r
...[+++]evêtements, même dans des matériaux non durables tels le gravier, le gravillon ou un matériau semblable, ne sont pas autorisés" .Art. 18. In artikel 9, 19°, b), van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 mei 2009 tot uitvoering van het decreet van 10 juli 2008 betreffende het toeristische logies wordt de zin « Op maximaal 50 % van de resterende oppervlakte, die niet bezet word
t door de verticale projectie van alle constructies boven het maaiveld, zijn verhardingen, zelfs in niet-duurzame materialen zoals kiezel, grind of een vergelijkbaar materiaal, toegestaan». vervangen door de zin « Op minstens 25 % van de totale oppervlakte van de plaats zijn verhardingen, zelfs in niet-duurzame materialen zoals kiezel, grind of een vergelijkbaar materiaal, niet toegestaa
...[+++]n».