Or, il me revient que certains agents du ministère des Finances ayant réussi un examen de promotion ne peuvent prétendre à une nomination au rang 30 S2 par le simple fait qu'ils ne disposeraient pas de l'ancienneté requise de neuf ans dans le rang 30 parce que ceux-ci auraient aménagé « leurs horaires de travail à leur convenance ».
Ik heb echter vernomen dat bepaalde ambtenaren van het ministerie van Financiën, die geslaagd zijn in een bevorderingsexamen, geen aanspraak kunnen maken op een benoeming in rang 30 S2, omwille van het feit dat ze niet over de vereiste anciënniteit van negen jaar in rang 30 beschikken, « doordat ze hun werkrooster al naargelang het hen schikte, hebben samengesteld ».