Le CONSEIL D'ÉTAT, section de législation, deuxième chambre des vacations, saisi par la vice-première ministre et ministre de la Justice, le 18 juillet 2006, d'une demande d'avis, dans un délai de trente jours, sur un avant-projet de loi « organisant les relations entre les autorités publiques et les organisations syndicales des greffiers de l'organisation judiciaire, les référendaires près la Cour de cassation, les référendaires et les juristes de parquet près les cours et tribunaux », a donné le 11 septembre 2006 l'avis suivant:
De RAAD VAN STATE, afdeling wetgeving, tweede vakantiekamer, op 18 juli 2006 door de Vice-Eerste minister en minister van Justitie verzocht haar, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een voorontwerp van wet « tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakorganisaties van de griffiers van de rechterlijke organisatie, referendarissen bij het Hof van Cassatie en de referendarissen en de parketjuristen bij de hoven en rechtbanken », heeft op 11 september 2006 het volgende advies gegeven :