Traduction de «pulpe de betterave sucrière mélassée » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

pulpe de betterave sucrière mélassée
gemelasseerde suikerbietenpulp

pulpe de betterave | pulpe de betterave sucrière
bietenpulp | suikerbietenpulp

pulpe de betterave sucrière
suikerbietenpulp

pulpe de betterave sucrière
bietenpulp

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

4° livre de la pulpe pressée de betteraves sucrières aux agriculteurs ont l'exploitation se trouve en Région flamande ;
4° perspulp van suikerbieten leveren aan landbouwers, van wie de exploitatie gelegen is in het Vlaamse Gewest;

Pulpes de betteraves mélassées, des types utilisés pour l’alimentation des animaux
Bietenpulp waaraan melasse is toegevoegd, van de soort gebruikt voor het voederen van dieren

pulpe de betterave sucrière, pomme de terre, patate douce sous forme de tubercules, pulpe de pommes de terre (résidu solide de l'extraction de la fécule de pommes de terre), fécule, protéines de pomme de terre et manioc.
Suikerbietenpulp, aardappels, knollen van zoete aardappels, aardappelvezels (bijproduct van de extractie van aardappelzetmeel), aardappelzetmeel, aardappeleiwit en maniok.

Le séchage de ces sous-produits/matières premières pour aliments des animaux, tels que fourrage vert, pulpe de betterave sucrière ou pulpe d'agrumes, peut nécessiter un flux d'air atmosphérique ou de l'air chaud produit par une source non polluante, par exemple du chauffage électrique ou un échange thermique.
Het drogen van deze bijproducten/voedermiddelen zoals groenvoeder, suikerbietenpulp of citruspulp kan gebeuren met een atmosferische luchtstroom of met hete lucht afkomstig van een niet-verontreinigende bron, d.w.z. elektrische verwarming of warmte-uitwisseling.

pulpe de betterave sucrière, betterave séchée, pomme de terre, patate douce sous forme de tubercule, manioc sous forme de racine, pulpe de pommes de terre (résidu solide de l'extraction de la fécule de pommes de terre), fécule de pomme de terre, protéines de pomme de terre et tapioca.
Suikerbietenpulp; gedroogde bieten, aardappels, knollen van zoete aardappels; maniokknollen, aardappelvezels (bijproduct van de extractie van aardappelzetmeel); aardappelzetmeel, aardappeleiwit en tapioca.

sel marin, sel gemme, enzymes, levures, lactosérum, sucre, pulpe de betterave sucrière, farines de céréales, mélasses ainsi que bactéries lactiques, acétiques, formiques et propioniques.
Zeezout, ruw steenzout uit mijnen, enzymen, gisten, wei, suiker, suikerbietenpulp, tarwemeel, melasse, en melkzuur-, azijnzuur-, mierenzuur- en propionzuurbacteriën.

- d'aliments composés contenant plus de 50 % de cossettes ou de pulpes de betteraves sucrières ou de paillettes de lin;
- mengvoeders, die voor meer dan 50 % uit snijdsels of pulp van suikerbieten of vlaskaf bestaan;