(2) Il est en effet impossible pour un huissier de justice titulaire de tout faire seul: il ne peut signifier des actes, en particulier quand il s'agit d'affaires urgentes, en même temps qu'il analyse les dossiers juridiques délicats et difficiles; faire les recherches nécessaires et répondre à la correspondance reçue; tenir la comptabilité journalièrement et vérifier les pièces préparées sans oublier de ménager des créneaux horaires pour recevoir le justiciable à son bureau.
(2) Een titelvoerend gerechtsdeurwaarder kan inderdaad niet alles zelf doen : hij kan onmogelijk tegelijkertijd (in dringende zaken) akten betekenen, delicate en ingewikkelde juridische dossiers analyseren, de noodzakelijke opzoekingen doen en brieven beantwoorden, dagelijks de boekhouding bijhouden en alle daartoe voorbereide stukken verifiëren, om nog niet te spreken van de tijd die hij moet vrijmaken voor zijn afspraken met rechtzoekenden.