§ 3. Lorsque cela s'avère utile pour la reconnaissance d'orientation du sol, la reconnaissance du site, la reconnaissance descriptive du sol, la reconnaissance du sol aquatique, l'assainissement du sol ou les autres mesures, visées au chapitre VI du titre III, les membres du personnel désignés par l'OVAM et les experts en assainissement du sol ou les personnes qui relèvent d'eux, ont accès aux parties ou dépendances d'habitations moyennant l'autorisation écrite préalable du président du tribunal de première instance.
§ 3.Wanneer dit nuttig is voor het oriënterend bodemonderzoek, het site-onderzoek, het beschrijvend bodemonderzoek, het waterbodemonderzoek, de bodemsanering of de andere maatregelen, vermeld in hoofdstuk VI van titel III, kunnen de door OVAM aangewezen personeelsleden en de bodemsaneringsdeskundigen of de personen die onder hun leiding of toezicht staan, delen of aanhorigheden van woonge-legenheden betreden mits voorafgaande schriftelijke machtiging door de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg.