– rappelant le Pacte international relatif aux droits civils et politiques (1966), en général, et son article 25, en particulier, qui énonce que "Tout citoyen a le droit et la possibilité (...) de prendre part à la direction des affaires publiques, soit directement, soit par l'intermédiaire de représentants librement choisis; (.) de voter et d'être élu, au cours d'élections périodiques, honnêtes, (...)",
– gezien het Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR) van 1966, in het bijzonder artikel 25, waarin is vastgelegd dat eenieder het recht heeft deel te nemen aan de behandeling van openbare aangelegenheden, hetzij rechtstreeks of door middel van vrijelijk gekozen vertegenwoordigers en te stemmen en gekozen te worden door middel van betrouwbare periodieke verkiezingen,