Dans sa décision d’ouvrir la procédure, la Commission a déclaré soupçonner que les trois mesures en question, mises à exécution par la République tchèque avant l’adhésion, constituent une aide à la restructuration déguisée en faveur de TŽ, ce qui serait contraire au protocole no 2 du traité d’adhésion de 2003 (ci-après dénommé «protocole no 2»).
In haar besluit tot inleiding van de procedure wees de Commissie erop dat deze drie vóór de toetreding door Tsjechië uitgevoerde maatregelen mogelijk verkapte herstructureringssteun aan TŽ vormden, en in strijd waren met Protocol nr. 2 bij de Akte van Toetreding van 2003 (hierna „Protocol nr. 2” genoemd).