« 4º les versements d'avantages extra-légaux en matière de pension ou de décès prématuré auprès d'une entreprise d'assurance ou d'un organisme de pension visées à l'article 2, § 1 , ou § 3, de la loi du 9 juillet 1975 relative au contrôle des entreprises d'assurances, ou à une institution de retraite professionnelle visée à l'article 2, 1º, de la loi du 27 octobre 2006 relative à la surveillance des institutions de retraite professionnelle, qui ont été effectués conformément aux articles 515septies et 515novies du Code des impôts sur les revenus 1992, dans la mesure où les versements ont trait à des années de service qui ont été prestées avant le 1 janvier 1989».
« 4º de stortingen van de bovenwettelijke voordelen inzake pensioen of vroegtijdige dood bij een verzekeringsonderneming of een pensioeninstelling bedoeld in artikel 2, § 1, of § 3 van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen of bij een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening bedoeld in artikel 2, 1º, van de wet van 27 oktober 2006 betreffende het toezicht op de instellingen voor bedrijfspensioenvoorzieningen, die overeenkomstig de artikelen 515septies en 515novies van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 worden verricht, in zoverre de stortingen betrekking hebben op dienstjaren die vóór 1 januari 1989 gepresteerd werden».