Il s'agit de règles d'exécution relatives aux avantages fiscaux pour lesquels les régions deviennent compétentes le 1 juillet 2014 en vertu de l'article 5/5, § 4, alinéa 1 , 1° (« dépenses en vue d'acquérir ou de conserver l'habitation propre »), 3° (« dépenses pour l'entretien et la restauration de monuments et sites classés ») et 5° (« dépenses faites en vue d'économiser l'énergie dans une habitation ») de la loi spéciale du 16 janvier 1989 `relative au financement des Communautés et des Régions' (ci-après : loi spéciale de financement).
Het gaat om uitvoeringsregels met betrekking tot de belastingvoordelen waarvoor de gewesten op 1 juli 2014 bevoegd worden ingevolge artikel 5/5, § 4, eerste lid, 1° (" uitgaven voor het verwerven of het behouden van de eigen woning" ), 3° (" uitgaven voor onderhoud en restauratie van beschermde monumenten en landschappen" ) en 5° (" energiebesparende uitgaven in een woning" ) van de bijzondere wet van 16 januari 1989 `betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten' (hierna : bijzondere financieringswet).