L'article 20, § 1 seul paragraphe en cause -, de la loi du 28 mars 1984 précitée permet la régularisation d'une demande de brevet qui, tout en respectant les conditions minimales prescrites par l'article 16 de la même loi, ne répond toutefois pas aux autres conditions, de forme, prescrites par les lois et les règlements; cette régularisation implique le paiement d'une taxe et doit être faite dans un délai de deux mois, au terme duquel la demande non régularisée est rejetée.
Artikel 20, § 1 de enige in het geding zijnde paragraaf -, van de voormelde wet van 28 maart 1984 maakt de regularisering mogelijk van een octrooiaanvraag die, met in achtneming van de minimale voorwaarden voorgeschreven in artikel 16 van dezelfde wet, echter niet beantwoordt aan de andere voorwaarden, in verband met de vorm, die zijn voorgeschreven in de wetten en reglementen; die regularisering impliceert de betaling van een taks en dient te gebeuren binnen een termijn van twee maanden, waarna de niet-geregulariseerde aanvraag wordt verworpen.