1. Lorsqu'une menace grave pour l'ordre public ou la sécurité intérieure d'un État membre exige une action immédiate, l'État membre concerné peut, exceptionnellement et immédiatement, rétablir un contrôle aux frontières intérieures, pour une période limitée n'excédant pas cinq jours.
1. Wanneer een ernstige bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid in een lidstaat onmiddellijk optreden vereist, kan de betrokken lidstaat bij wijze van uitzondering onmiddellijk overgaan tot herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen, voor een beperkte periode van ten hoogste vijf dagen.