(v) salue les règlements de 2006, de 2008 et de 2010 qui interdisent les mutilations génitales fé
minines; salue les efforts déployés par les autorités indonésiennes, dont la ratification de la convention s
ur l'élimination de toutes les formes de discrimination à l'égard des femmes et de la convention des Nations unies relative aux droits de l'enfant, ainsi que les travaux de la commission nationale sur la violence à l'égard des femmes (Komnas Perempua
...[+++]n) et de la société civile locale pour diffuser des informations sur les dangers des mutilations génitales féminines; relève que malgré ces efforts et l'adoption de la résolution des Nations unies interdisant les mutilations génitales féminines, cette tradition est encore pratiquée dans certaines parties de l'Indonésie; recommande, à cet égard, que l'Union et l'Indonésie coopèrent étroitement au titre de l'article 31 de l'APC sur la santé et qu'elles se servent du dialogue sur les droits de l'homme pour échanger les meilleures pratiques pour éradiquer les mutilations génitales et limiter les risques que ces pratiques posent pour la santé des jeunes filles et des femmes; demande à l'Indonésie de redoubler d'efforts pour mettre un terme à cette forme grave de violence sexuelle à l'égard des filles et des femmes qui constitue une violation cruelle de leurs droits fondamentaux; (v) verwelkomt de regelgeving van 2006, 2008 en 2010 betreffende een verbod op vrouwelijke genitale verminking; erkent de inspanningen van de Indonesische autoriteiten, waaronder de ratificatie van het verdrag inzak
e de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen en het VN-verdrag inzake de rechten van het kind, evenals het werk van de nationale commissie inzake geweld tegen vrouwen (Komnas Perempuan) en van het plaatselijk maatschappelijk middenveld om informatie te verspreiden over de gevaren van de genitale verminking van vrouwen; merkt op dat deze traditie, ondanks deze inspanningen en de goedkeuring van de VN-resoluti
...[+++]e inzake de uitbanning van genitale verminking van vrouwen, nog steeds wordt toegepast in sommige delen van Indonesië; beveelt de EU en Indonesië in dit verband aan nauw samen te werken uit hoofde van artikel 31 van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst en de mensenrechtendialoog te benutten teneinde beste praktijken uit te wisselen die erop zijn gericht genitale verminking uit te bannen en het gevaar van dergelijke procedures voor de gezondheid van jonge meisjes en vrouwen te beperken; roept Indonesië op zijn inspanningen te verdubbelen om een einde te maken aan deze ernstige vorm van gendergerelateerd geweld tegen meisjes en vrouwen, die een grove schending van hun mensenrechten vormt;