25. se félicite des propos positifs tenus par le premier ministre Erdogan sur la nécessité de résoudre le problème kurde par la voie démocratique; déplore la dégradation de la situation en matière de sécurité dans le sud-est du pays, notamment l'augmentation de la violence qui a suivi la reprise des attentats terroristes; rappelle à toutes les parties concernées que toutes nouvelles provocations, ou une escalade de la violence, non seulement affecteraient gravement les populations de cette région, mais feraient obstacle au processus de négociations;
25. is verheugd over de positieve opmerkingen van eerste minister Erdogan over de noodzaak om de Koerdische kwestie langs democratische weg op te lossen; betreurt de verslechtering van de huidige veiligheidssituatie in het zuidoosten en met name de toename van het geweld na de hervatting van de terroristische aanslagen; herinnert alle betrokken partijen eraan dat verdere provocaties en een escalatie van het geweld niet alleen ernstige gevolgen zullen hebben voor de mensen indat gebied, maar ook een hindernis zouden vormen bij het onderhandelingsproces;