« Le cadre spécial temporaire ne peut aboutir à la création d'une nouvelle catégorie d'agents de l'Etat ou des pouvoirs subordonnés; les travailleurs qui sont occupés dans ce cadre spécial ne sont en aucun cas intégrés aux services dans lesquels ils sont mis au travail : ils doivent être considérés comme étant en attente d'un emploi permanent, soit dans le secteur privé, soit dans le secteur public » (ibid., p. 30).
« Het bijzonder tijdelijk kader mag niet leiden tot de invoering van een nieuwe categorie van ambtenaren van de Staat of van de ondergeschikte besturen; de werknemers die in dit bijzonder tijdelijk kader worden tewerkgesteld, worden in geen geval opgenomen in de diensten waar zij aan het werk worden gezet; zij moeten worden beschouwd als personen die wachten op een vaste betrekking, hetzij in de particuliere sector, hetzij in de overheidssector » (ibid., p. 30).