Le TUE modifié ne prévoit pas la répartition des sièges par État membre, mais charge le Conseil européen, sur l'initiative du Parlement et après son approbation, de décider, avant les élections de 2009, de cette répartition sur la base du principe de représentation "dégressivement proportionnelle", avec un seuil minimal de 6 sièges et un seuil maximal de 96 sièges par État membre (la Convention proposait 4 comme minimum et pas de seuil maximal).
Het gewijzigde VEU zegt niets over de verdeling van de zetels over de lidstaten, maar machtigt de Europese Raad om op initiatief van en na goedkeuring door het Parlement vóór de verkiezingen van 2009 een besluit te nemen over deze verdeling op basis van het beginsel van "degressieve evenredige vertegenwoordiging" met ten minste 6 en ten hoogste 96 zetels per lidstaat (de Conventie stelde een minimum voor van 4 en geen maximum).