« 1· les intérêts de dettes, y compris les dettes relatives à l’habitation visée à l’article 12, § 3, et qui ne sont pas visées à l’article 104, 9·, contractées spécifiquement en vue d’acquérir ou de conserver ces biens ou cette habitation visée à l’article 12, § 3, étant entendu que les intérêts afférents à une dette contractée pour un seul bien immobilier peuvent être déduits de l’ensemble des revenus immobiliers; »;
« 1· de interest uit hoofde van schulden, met inbegrip van de schulden die betrekking hebben op de in artikel 12, § 3, vermelde woning en die niet zijn bedoeld in artikel 104, 9·, die specifiek zijn aangegaan om die goederen of die in artikel 12, § 3, bedoelde woning te verwerven of te behouden met dien verstande dat interest betreffende een schuld die voor één enkel onroerend goed is aangegaan, van het totale bedrag van de onroerende inkomsten kan worden afgetrokken; »;