Toutefois, quelle que soit l'année durant laquelle une proposition d'orientation leur est transmise, seuls les militaires qui ont, au moment de leur point d'orientation, visé au §5, cinq ans d'ancienneté dans le grade de capitaine, de premier sergent-chef ou de caporal, ou dix ans d'ancienneté dans le grade d'expert ou de spécialiste, peuvent exprimer le choix pour la carrière militaire continuée.
Ongeacht het jaar waarin hen een oriëntatievoorstel wordt overgemaakt, kunnen evenwel enkel de militairen die op het ogenblik van het oriëntatiepunt bedoeld in §5, vijf jaar anciënniteit hebben in de graad van kapitein, eerste sergeant-chef of korporaal, of tien jaar anciënniteit in de graad van expert of deskundige, de keuze voor de voortgezette militaire loopbaan uitdrukken.