6. souligne qu'il est nécessaire de veiller à ce qu'un large éventail de parties prenantes, notamment issues de la société civile, participent pleinement aux travaux du CDH sous tous leurs aspects, et constate avec inquiétude que de fortes limitations entravent la participation de la société civile à la procédure d'EPU; invite les États membres du CDH, y compris les États membres de l'Union, à considérer l'EPU comme un outil d'évaluation de la situation des droits de l'homme sur leur propre territoire et à présenter des recommandations à cet égard;
6. benadrukt dat moet worden gewaarborgd dat een breed scala aan belanghebbenden, met name het maatschappelijk middenveld, ten volle aan alle aspecten van het werk van de UNHCR deelneemt, en toont zich bezorgd over de vergaande beperkingen die de deelname van het maatschappelijk middenveld aan het UPR-proces bemoeilijken; verzoekt de VN-lidstaten, waaronder de EU-lidstaten, de universele periodieke doorlichting te gebruiken als een middel om hun eigen mensenrechtensituatie te beoordelen en in dit verband aanbevelingen te doen;