Art. 78. Sans préjudice des articles 60, 61 et 66, lorsqu'une reconnaissance de l'état du sol n'a pas été réalisée sur un terrain conformément à l'article 13, §§ 4, 5 et 6, l'Institut peut imposer la remise du terrain concerné dans l'état où il se trouvait au moment où cette reconnaissance de l'état du sol aurait dû être réalisée, à charge du contrevenant, si la réalisation de la reconnaissance de l'état du sol et le traitement éventuel de la pollution du sol l'exige.
Art. 78. Indien er geen verkennend bodemonderzoek is uitgevoerd op een terrein in overeenstemming met artikel 13, § 4, § 5 en § 6, kan het Instituut, onverminderd de artikelen 60, 61 en 66, eisen dat het betreffende terrein ten laste van de overtreder wordt hersteld in de toestand waarin het zich bevond op het ogenblik waarop het verkennend bodemonderzoek had moeten plaatsvinden, indien de uitvoering van het verkennend bodemonderzoek en de eventuele behandeling van de verontreiniging dit vereisen.