Lorsque l'on évoque une combinaison des thérapies génique et cellulaire pour créer de nouvelles cellules organiques, comme des cellules hépatiques pour reprendre l'exemple donné aujourd'hui par le professeur Cassiman, s'agit-il d'hypothèses purement virtuelles ou de modèles qui sont déjà en phase expérimentale, ou s'agit-il véritablement de possibilités qui en sont déjà à un stade avancé ?
Wanneer gesproken wordt over een mengeling van gentherapie en celtherapie voor de aanmaak van nieuwe organische cellen, zoals levercellen in het voorbeeld dat vandaag door professor Cassiman werd gegeven, bevindt men zich dan in louter virtuele hypotheses, gaat het over modellen die zich al in een experimenteel stadium bevinden, of gaat het werkelijk over mogelijkheden die zich al in een geavanceerde fase bevinden ?