1. Lors de son entrée en fonction, chaque membre du Sénat communique au président toutes les données utiles relatives aux autres mandats, fonctions et charges publics d'ordre politique qu'il exerce, en vue de l'application de l'article 1quinquies de la loi du 6 août 1931 établissant des incompatibilités et interdictions concernant les ministres, anciens ministres et ministres d'État, ainsi que les membres et anciens membres des Chambres législatives.
1. Met het oog op de toepassing van artikel 1quinquies van de wet van 6 augustus 1931 houdende vaststelling van de onverenigbaarheden en ontzeggingen betreffende de ministers, gewezen ministers en ministers van Staat, alsmede de leden en gewezen leden van de Wetgevende Kamers, deelt elk lid van de Senaat aan de voorzitter bij het opnemen van zijn mandaat alle nuttige gegevens mee met betrekking tot de openbare mandaten, openbare functies en openbare ambten van politieke aard die het lid uitoefent.