En tant qu’ecclésiastique et que membre d’une minorité hongroise qui fait l’objet d’une discrimination, disposé à faire des compromis si nécessaire, j’ai voté en bonne conscience pour le rapport Catania sur les droits fondamentaux, car je considère qu’il s’agit d’un important pas en avant à de nombreux égards, par exemple en ce qui concerne les droits sociaux.
Als geestelijke en als lid van een Hongaarse minderheid die het slachtoffer is van discriminatie heb ik met een goed geweten en met de nodige compromisbereidheid vóór het verslag-Catania over de grondrechten gestemd. Ik zie dit namelijk in veel opzichten als een belangrijke stap voorwaarts, bijvoorbeeld met betrekking tot sociale rechten.