S'il constate qu'une telle objection serait formulée, le Président constitue et convoque, dans les trois jours, une commission de conciliation composée, au plus, de neuf membres du Conseil et présidée par lui-même, chargée d'éliminer les divergences et de formuler une proposition susceptible d'être adoptée par consensus.
Indien de Voorzitter constateert dat er zulk een bezwaar zou zijn, roept de Voorzitter binnen drie dagen na deze constatering een door hem ingestelde bemiddelingscommissie bijeen, bestaande uit niet meer dan negen leden van de Raad, die door hemzelf wordt voorgezeten, ter regeling van de meningsverschillen en ter opstelling van een voorstel dat bij consensus kan worden aanvaard.