16. prend acte du fait qu'en 2011, la
Cour a rapporté un total de sept cas de fraude présumée détectés dans le cadre de ses travaux d'audit à l'Office européen de lutte antifraude (OLAF); relève que l'OLAF a décidé d'ouvrir une enquête dans deux de ces cas et qu
e ces enquêtes sont toujours en cours; invite la Cour des comptes à préciser si le nombre d'affaires transmises à l'OLAF et la part de celles débouchant sur une enquête correspondent au niveau réel de corruption dans l'utilisation des fonds de l'Union et, dans la négative, à
...[+++]indiquer ce qu'elle propose pour améliorer ces deux indicateurs; 16. neemt nota v
an het feit dat de Rekenkamer op basis van haar controlewerk in totaal zeven gevallen van vermeende fraude heeft gerapporteerd bij het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF); merkt op dat OLAF in twee gevallen besloten heeft om een onderzoek in te stellen en dat deze onderzoeken nog steeds gaande zijn; vraagt de Rekenkamer dringend nader aan te geven of het aantal zaken dat naar OLAF wordt doorverwezen, en het percentage van die zaken waarin onderzoek wordt ingesteld, corresponderen met het werkelijke niveau van corruptie rond de besteding van begrotingsmiddelen van de Unie, en wenst indien dit niet het geval is,
...[+++] van de Rekenkamer te vernemen wat zij voorstelt om beide cijfers te doen stijgen;