L'article 216bis du Code judiciaire vise à offrir aux juridictions et parquets une stabilité minimale en disposant que celui qui est nommé à une fonction, visée à l'article 58bis, 1°, du Code judiciaire ne peut, dans les trois ans, poser sa candidature à une des autres fonctions visées à l'article précité ni à la même fonction dans une autre juridiction.
Het artikel 216bis van het Gerechtelijk Wetboek strekt ertoe om de rechtscolleges en parketten een minimum aan stabiliteit te bieden. Het voorziet dat iemand die benoemd wordt in een ambt, zoals bedoeld in artikel 58bis, 1° van het Gerechtelijk Wetboek, zich binnen de drie jaar, geen kandidaat kan stellen voor één van de andere ambten bedoeld in voormeld artikel, evenmin in hetzelfde ambt in een ander rechtscollege.