4.1. Toute panne électrique ou anomalie du capteur affectant le système en ce qui concerne les exigences fonctionnelles et d'efficacité prescrites dans la présente annexe, y compris les pannes et anomalies d'alimentation en électricité, de câblage extérieur aux calculateurs, de calculateurs (3) et de modulateurs, doit être signalée au conducteur par un témoin optique distinct.
4.1. Elk elektrisch defect of elke storing in een sensor die van invloed is op het systeem voor wat betreft de functionele en prestatie-eisen in deze bijlage, waaronder die voor de elektriciteitsvoorziening, de externe bedrading naar de besturingseenhe(i)d(en), de besturingseenhe(i)d(en) (3) en het (de) regelventiel(en) moeten aan de bestuurder kenbaar worden gemaakt door middel van een speciaal optisch waarschuwingssignaal.