(71) Dans le cas d'un déplacement du prestataire dans un État membre autre que l'État membre d'origine, il convient de prévoir une assistance mutuelle entre ces deux États qui permet au premier de procéder à des vérifications, inspections et enquêtes à la demande de l'État membre d'origine ou de faire, de sa propre initiative, de telles vérifications s'il s'agit uniquement de constatations factuelles.
(71) Voor het geval dat de dienstverrichter zich naar een andere lidstaat dan zijn lidstaat van oorsprong verplaatst, moet worden bepaald dat beide lidstaten elkaar wederzijds bijstaan, waarbij de lidstaat van bestemming op verzoek van de lidstaat van oorsprong verificaties, inspecties en onderzoeken kan uitvoeren of, als het alleen om de vaststelling van feiten gaat, deze op eigen initiatief kan uitvoeren.