Dans tous les cas on a affaire à des foyers de contamination: jussie, myriophylles, renouée du Japon etc. dans les zones humides; gynerium, buddleia, érable négundo, vernis du Japon etc. un peu partout.
In alle gevallen gaat het om besmettingshaarden: voorbeelden in waterrijke gebieden zijn o.m. jussieua en vederkruid; Japanse duizendknoop, vlinderstruik, vederesdoorn en lakboom woekeren min of meer overal.