15. appelle instamment l'Union européenne à tirer les leçons de l'exemple tunisien et à revoir sa politique de soutien à la démocratie et aux droits de l'homme pour donner à la société civile un rôle central dans cette politique, tout en envisageant la création d'un mécanisme de mise en œuvre de la clause "droits de l'homme"; insiste pour que la révision
de la politique de voisinage priorise désormais la mise en œuvre effective des objectifs fixés par le traité à son article 21 et s'évalue à l'aune de critères portant sur l'indépendance de la justice, le respect des libertés fondamentales, le pluralisme et la liberté de la presse et la
...[+++]lutte contre la corruption; 15. dringt er bij de Europese Unie met klem op aan lering te trekken uit het Tunesische voorbeeld en haar beleid ter ondersteuning van de democratie en de mensenrechten te herzien om het maatschappelijk middenveld een centrale rol in deze politiek te geven, en tegelijk te overwegen een uitvoeringsmechanisme voor de mensenrechtenclausule op te zetten; dringt erop aan dat bij de herziening van het nabuurschapsbele
id van nu af aan de prioriteit wordt gelegd bij de effectieve uitvoering van de doelstellingen van artikel 21 van het Verdrag en dit beleid wordt geëvalueerd aan de hand van criteria met betrekking tot de onafhankelijkheid van de
...[+++] rechtspraak, de eerbiediging van de fundamentele vrijheden, de pluriformiteit van de media en de persvrijheid en corruptiebestrijding;