En ce qui concerne les hommes d'affaires, Forrest est accusé d'une part, d'avoir utilisé ses liens établis de longue date avec les autorités locales pour son ascension dans le secteur, d'avoir utilisé sa position à la tête de la présidence du conseil d'administration de la Gécamines pour négocier de nouveaux contrats « manifestement dans l'intention d'utiliser les avoirs de la Gécamines pour son profit personnel » et d'avoir, durant cette période constitué le portefeuille minier le plus diversifié au Congo.
Wat de zakenlui betreft, wordt Forrest ervan beschuldigd zijn jarenlange contacten met de lokale overheden gebruikt te hebben om vooruit te komen in de sector, zijn positie aan het hoofd van de raad van bestuur gebruikt te hebben om over nieuwe contracten te onderhandelen « met de duidelijke bedoeling de activa van Gécamines voor zijn persoonlijk voordeel aan te wenden » en gedurende deze periode de meest gediversifieerde mijnportefeuille van Kongo te hebben opgebouwd.