Art. 3. § 1. Lorsque les ressources visées à l'article 2 ne sont pas dépassées, les montants maxima des allocations sont les suivants : 1° pour toutes les années de l'enseignement secondaire et les années préparatoires à l'enseignement supérieur : a) 437,33 EUROS, pour les élèves externes; b) 1.131,74 EUROS, pour les élèves internes; 2° ) Pour l'enseignement professionnel secondaire complémentaire : a) 1.248
,60 EUROS, pour les étudiants externes donnant lieu au paiement d'allocations familiales ou d'orphelins; b) 1.665,86 EUROS, pour les étudiants externes ne donnant pas lieu au paiement d'allocations familiales ou d'orphelins; c)
...[+++]2.914,51 EUROS, pour les étudiants internes ou locataires d'un logement d'étudiant donnant lieu au paiement d'allocations familiales ou d'orphelins; d) 3.331,80 EUROS, pour les étudiants internes ou locataires d'un logement d'étudiant ne donnant pas lieu au paiement d'allocations familiales ou d'orphelins; 3° pour l'enseignement supérieur : a) 2.116,61 EUROS, pour les étudiants externes donnant lieu au paiement d'allocations familiales ou d'orphelins; b) 2.650,76 EUROS, pour les étudiants externes ne donnant pas lieu au paiement d'allocations familiales ou d'orphelins; c) 3.852,60 EUROS, pour les étudiants internes ou locataires d'un logement d'étudiant donnant lieu au paiement d'allocations familiales ou d'orphelins; d) 4.370,07 EUROS, pour les étudiants internes ou locataires d'un logement d'étudiant ne donnant pas lieu au paiement d'allocations familiales ou d'orphelins.Art. 3. § 1. Wanneer de inkomsten bedoeld in artikel 2 niet overschreden worden, zijn de maximumbedragen van de toelagen de volgende : 1° voor alle jaren van het secundair onderwijs en de jaren die tot het hoger onderwijs voorbereiden : a) 437,33 EURO, voor de externe studenten; b) 1.131,74 EURO, voor de interne studenten; 2° ) Voor het aanvullend secundair beroepsonderwijs : a) 1.248,60 EURO, voor de ext
erne studenten voor wie een kinderbijslag of een wezenuitkering uitbetaald wordt; b) 1.665,86 EURO, voor de externe studenten voor wie geen kinderbijslag of wezenuitkering uitbetaald wordt; c) 2.914,51 EURO, voor de interne student
...[+++]en of studenten die huurders zijn van een studentenverblijf, voor wie een kinderbijslag of een wezenuitkering uitbetaald wordt; d) 3.331,80 EURO, voor de interne studenten of studenten die huurders zijn van een studentenverblijf, voor wie geen kinderbijslag of wezenuitkering uitbetaald wordt; 3° voor het hoger onderwijs : a) 2.116,61 EURO, voor de externe studenten voor wie een kinderbijslag of een wezenuitkering uitbetaald wordt; b) 2.650,76 EURO, voor de externe studenten voor wie geen kinderbijslag of wezenuitkering uitbetaald wordt; c) 3.852,60 EURO, voor de interne studenten of studenten die huurders zijn van een studentenverblijf, voor wie een kinderbijslag of een wezenuitkering uitbetaald wordt; d) 4.370,07 EURO, voor de interne studenten of studenten die huurders zijn van een studentenverblijf, voor wie geen kinderbijslag of wezenuitkering uitbetaald wordt.