Aangezien de procedure ter bepaling van de ontvankelijkheid van een kandidatuur in een lidstaat noodzakelijkerwijs meer administratieve handelingen vergt voor een onderdaan van een andere lidstaat dan voor de onderdanen van de lidstaat zelf, moeten de lidstaten de mogelijkheid hebben om voor burgers van de Unie die geen onderdanen zijn een termijn vast te stellen voor de indiening van kandidaturen die verschilt van de termijn voor onderdanen.
Da das Verfahren zur Prüfung der Zulässigkeit der Kandidatur eines Staatsbürgers eines anderen Mitgliedstaats in einem Mitgliedstaat zwangsläufig mehr Schritte erfordert als bei Staatsangehörigen dieses Mitgliedstaats, sollten die Mitgliedstaaten im Rahmen ihrer nationalen Wahlmodalitäten vorsehen können, dass Unionsbürger, die nicht Staatsbürger dieses Mitgliedstaats sind, ihre Kandidaturerklärung innerhalb einen anderen Frist einreichen müssen als derjenigen, die für Kandidaten gilt, die Staatsbürger dieses Mitgliedstaats sind.