2. veroordeelt de raketaanvallen op Israël vanuit de Gazastrook krachtig, en meent dat Hamas en andere gewapende groeperingen in Gaza deze onmiddellijk moeten beëindigen; benadrukt dat Israël het recht heeft zijn bevolking tegen dergelijke aanvallen te beschermen, maar wijst er tegelijkertijd op dat het hierbij proportioneel moet optreden en de bescherming van burgers te allen tijde moet waarborgen; benadrukt dat alle partijen het international humanitair recht volledig moeten eerbiedigen en dat het moedwillig als doelwit kiezen van onschuldige burgers niet kan worden gerechtvaardigd;
2. verurteilt auf das Schärfste die vom Gazastreifen ausgehenden Raketenangriffe auf Israel, die die Hamas und die anderen bewaffneten Gruppierungen sofort einstellen müssen; bekräftigt das Recht Israels, seine Bevölkerung vor derartigen Angriffen zu schützen, betont jedoch, dass Israel dabei verhältnismäßig handeln und stets für den Schutz von Zivilpersonen Sorge tragen muss; hebt hervor, dass alle Seiten das humanitäre Völkerrecht uneingeschränkt achten müssen und dass es keine Rechtfertigung für gezielte Angriffe gegen unschuldige Zivilpersonen geben darf;