5. Wanneer een ontvangende lidstaat voor de toegang tot of de uitoefening van de in artikel 1, lid 2, bedoelde activiteiten van eigen onderdanen bewijs verlangt dat zij verzekerd zijn tegen de financiële risico's die voortvloeien uit hun beroepsaansprakelijkheid, aanvaardt deze lidstaat de door verzekeringsmaatschappijen van andere lidstaten afgegeven verklaringen als gelijkwaardig aan die welke op zijn eigen grondgebied zijn afgegeven.
(5) Verlangt ein Aufnahmemitgliedstaat für die Aufnahme oder die Ausübung einer in Artikel 1 Absatz 2 genannten Tätigkeit von den eigenen Staatsangehörigen den Nachweis, daß sie einer Berufshaftpflichtversicherung angeschlossen sind, so erkennt er die von Versicherungsunternehmen der anderen Mitgliedstaaten ausgestellten Bescheinigungen als gleichwertig mit den in seinem Hoheitsgebiet ausgestellten Bescheinigungen an.