A. overwegende dat de Raad sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam in 1999, verantwoordelijk is voor de opstelling van regels inzake visa, o.m. voor de lijst van derde landen wier onderdanen in het bezit moeten zijn van een visum of die daarvan zijn vrijgesteld (artikel 62, lid 2, letter b), onder i), van het EG-Verdrag),
A. in der Erwägung, dass der Rat seit dem Inkrafttreten des Vertrags von Amsterdam 1999 für den Erlass der Vorschriften über Visa zuständig ist, einschließlich der Liste der Drittländer, deren Staatsangehörige beim Überschreiten der Außengrenzen im Besitz eines Visums sein müssen oder von der Visumpflicht befreit sind (Artikel 62 Nummer 2 Buchstabe b Ziffer i des EG-Vertrags),